Hypnose

Hypnose:


Hypnose is afgeleid van het Griekse woord ‘hypnos’. Dit betekent ‘slaap’. Hoewel het op slaap lijkt, is het niet hetzelfde als het slapen hoe wij dat ’s nachts doen. Wel is de hersenactiviteit in de hypnotische trance rustiger dan normaal.


Hypnose is een staat van veranderd bewustzijn, een soort trance. Bijna iedereen heeft in het dagelijks leven hypnotische ervaringen: je bent zo geconcentreerd bezig, dat je niet hoort dat iemand binnenkomt; je bent diep in gedachten tijdens het autorijden, zodat het lijkt of je een stukje hebt overgeslagen; of je gaat helemaal op in een bioscoopfilm en kunt niet geloven dat het al pauze is. Dit zijn allemaal vormen van spontane hypnose.


Wanneer je in hypnose bent, ben je in een toestand van geconcentreerde aandacht, waardoor je je losmaakt van de omgeving en opgaat in een innerlijke wereld. Deze toestand noemt men ook wel ‘trance’.


Bij hypnose denkt men vaak aan de toneelhypnose. Hier zien ze dat mensen dingen doen zonder dat ze daar controle over hebben of het zich later kunnen herinneren. Hierdoor denken mensen dat ze in hypnose hun wil verliezen. Dit is dus met hypnotherapie niet zo.


Een hypnotherapeut laat een cliënt nooit iets tegen zijn of haar eigen wil doen. De cliënt is zich tijdens de trance wel degelijk bewust van wat er gebeurt en kan de suggesties van de therapeut in trance gebruiken om zijn geest te ontspannen en zich zo beter te voelen en te kunnen denken.


Daardoor word er ook vaak gesproken over: "elke hypnose is een zelfhypnose" . Als je “in hypnose” gaat, heb je daar zelf de regie over en die regie houd je ook..